Door de ogen van de inwoners
kijken naar financiële bestaanszekerheid

Interview gemeente Nijmegen

Hoe de gemeente Nijmegen hun domeinoverstijgende aanpak vormgeeft

 

Bestaanszekerheid heeft sinds de VNG-publicatie ‘De winst van het sociaal domein’ in veel gemeenten een plek op de beleidsagenda veroverd. Niet meer dan logisch, want zorg dragen voor bestaanszekerheid is de taak van de overheid. Domeinoverstijgend werken speelt daarin een grote rol en dat besef daalt steeds verder in. Pharos en Platform31 bespraken met gemeenten waar dit al gebeurt – of bijna.

 

 

In de gemeente Nijmegen wordt bestaanszekerheid vooral bekeken vanuit de ogen van de inwoners en worden de verschillen tussen groepen aangepakt. Afdelingen werken hierbij veel samen: ‘Soms pak ik ook een klus over armoede op, zodat ik bijblijf op het onderwerp’, aldus beleidsadviseur Schulden Wouter Janssen. Een gesprek over kaders en werken met experts en ervaringsdeskundigen. 

Op papier gebruikt de gemeente Nijmegen een geldgerelateerde definitie van bestaanszekerheid, want dát is waarmee de gemeente concreet kan helpen: financiële steun en schuldhulp. Maar in de praktijk is de invulling veel breder. “Ook zaken als wonen en voeding horen bij bestaanszekerheid,” licht Janssen toe. “We kunnen helaas niet iedereen een huis geven, maar wel kunnen we mensen helpen bij het vinden van een woning.” 

Twee kaders, één visie 

Intern wordt gewerkt aan één kader voor financiële bestaanszekerheid. In de Armoede Agenda Nijmegen 2020-2024 beschreef de gemeente het beleid in vier lijnen: 1) het verbeteren van communicatie en toegankelijkheid van minimaregelingen; 2) samen met scholen en andere organisaties kinderarmoede aanpakken door het versimpelen van regelingen; 3) gezondheidsverschillen en (armoedegerelateerde) chronische stress verminderen en tot slot 4): meer en toegankelijkere minimaregelingen voor werkende armen. 

“We werken aan het maken van één beleidsplan financiële bestaanszekerheid, waar zowel schuldhulp als armoedebestrijding in verwerkt is,” zegt Janssen. “Ze zijn nu nog van elkaar losgetrokken, want de gemeenteraad wilde meer aandacht voor beide. In de praktijk blijken ze verbonden te zijn, want als je armoede kunt voorkomen heeft dat effect op schuldhulpverlening. We willen beleid hierop dus zeker gecombineerd blijven uitvoeren.” 

Samen aan tafel 

Binnen de afdeling armoede en schuldhulpverlening én gemeentebreed weten medewerkers en afdelingen elkaar op verschillende manieren goed te vinden. Janssen: “Ik ben vooral werkzaam voor schuldhulpverlening, maar soms pak ik ook projecten binnen armoede op zodat ik bijblijf op het onderwerp.” In algemene zin wordt er zowel op uitvoerend niveau als beleidsniveau nauw met elkaar samengewerkt, de lijnen zijn kort. Maandelijks gaan medewerkers van verschillende afdelingen met elkaar in gesprek om zo de vraagstukken die op tafel liggen gezamenlijk aan te pakken. 

Veel gesprekken tussen afdelingen gaan over het verkleinen van verschillen tussen verschillende groepen inwoners. Zo worden er veel sociale huurwoningen gebouwd om de laagste inkomens aan een huis te helpen: ongelijk investeren voor gelijke kansen. Volgens Janssen gingen gemeentemedewerkers door corona en de energiecrisis de ernst van armoede beter inzien en kan er sneller worden geschakeld: “Toen bij sociale huurwoningen een hoge eindafrekening voor blokverwarming kwam, hebben we in samenwerking met de woningcorporaties een incassostop voor bewoners geregeld en een deel van de rekeningen overgenomen,” illustreert Janssen. 

Eerste hulp bij geldzaken 

De gemeente biedt ondersteuning aan bewoners met als doel meer financiele zelfredzaamheid. Zo is er in elke wijk vanuit de gemeente een financieel expert aanwezig, die drie maanden lang samenwerkt met iemand in geldnood. Alles wat binnen die periode wordt opgelost, hoeft niet meer te worden doorverwezen naar andere hulpinstanties. Janssen: “Het is belangrijk dat we dit soort begeleiding aanbieden, voor sommige mensen is een buskaartje naar het stadhuis gewoon te veel.” De helft van deze experts werkt bij stichting Bindkracht10, een brede welzijnsorganisatie met financiële kennis. De andere helft is in dienst bij de gemeente Nijmegen. Vaak is er eerst een telefonisch gesprek voor de financiële zaken, daarna komen face-to-face alle domeinen aan bod. De experts hebben ook korte lijntjes met de buurtteams, zorgpartijen en  taalcafé.  

Groter podium voor ervaringsdeskundigen 

De gemeente wil nog meer gaan samenwerken met ervaringsdeskundigen, vertelt Janssen. “Toevallig schrijf ik nu een memo over de mogelijkheid voor een nieuwe arbeidsplaats voor deze mensen. Bij de lokale politiek is draagvlak, dus we moeten concrete stappen gaan zetten.” Hoe ze zo iemand goed kunnen laten landen en begeleiden is volgens Janssen nog wel spannend. “Ter inspiratie hebben we met andere gemeenten gesproken en geleerd dat iemand op meerdere gemeentecollega’s moet kunnen terugvallen.”  

Verder heeft de gemeente verschillende inwonersraden, zoals de Regenboograad voor queer inwoners, de Jongerengehandicaptenraad en Kleurrijksamenlevenraad tegen etnisch profileren. Eens in de zes weken evalueren zij het werk van de gemeente.  

Uitnodigend en toegankelijk 

De gemeente lanceerde de afgelopen twee jaar meerdere campagnes om alle diensten te promoten bij de doelgroepen. Er is inmiddels een behoorlijke groep die dankzij het laagdrempelige contact terugkomt, bijvoorbeeld door een korte vraag naar een van de hulpverleners te Whatsappen. Verder zijn er Stip-informatiepunten waar mensen heen kunnen voor allerlei vragen. Als er geldzorgen zijn, krijgen ze altijd een doorverwijzing naar de Financieel Expert. Vaak worden ze dan doorverwezen naar de gemeente. Alles bij elkaar meldt een derde van de bewoners zichzelf bij deze experts, een derde komt via de Stips en een derde via andere doorverwijzers. Ook is er hard gewerkt aan klantvriendelijkheid en toegankelijkheid voor inwoners: alle processen moeten makkelijker en mensgerichter zijn. Janssen: “Die mensgerichtheid moet er ook zijn voor onze eigen medewerkers, zodat ze prettig en veilig hun werk kunnen doen.” 

Meer inspiratie

Op zoek naar meer informatie en inspirerende praktijkvoorbeelden over bestaanszekerheid?

Lees meer