Inspiratiedag: Een gezonde leefomgeving geeft ruimte aan gemeenschappen

Auteurs: Annette Duivenvoorden, Jesse Rinsma, Hadewych Cliteur.

Welzijn als ambitie, vertrouwen en wederkerigheid en ruimte geven aan gemeenschappen, dit zijn uitgangspunten voor de gezonde leefomgeving. GezondIn vroeg drie visionairs en denkers uit wetenschap, beleid en praktijk om inspiratie over de gezonde stedelijke ontwikkeling. Hierbij delen we delen hun adviezen om lokaal te werken aan een gezonde leefomgeving, met behulp van een integrale aanpak. Met veel  aandacht voor sociale én fysieke aspecten, samen met de buurt en bewoners.

Rijksadviseur voor de Fysieke Leefomgeving Wouter Veldhuis pleit voor een nieuw verhaal: welzijn als ambitie en ruimte voor vertrouwen, wederkerigheid en gemeenschapsvorming. De opgaven waar we voor staan vragen om een nieuwe rol voor gezondheid en de leefomgeving in de maatschappij. “We moeten met elkaar verder vooruit kijken, naar 2100, en vandaaruit onderbouwd terug redeneren naar wat we nú moeten doen”, stelt Veldhuis. Hij ziet een toekomst voor zich met een welzijnseconomie in plaats van een welvaartseconomie, gebaseerd op vertrouwen, wederkerigheid en gemeenschapsvorming. Waar gezondheid en de kwaliteit van de leefomgeving in een welvaartseconomie in de verdrukking raken, zijn het in een welzijnseconomie belangrijke economische productiefactoren.

Hoe kunnen we ons welzijn vergroten?

Door te sturen op nabijheid. Nabijheid is cruciaal voor de belangrijkste factoren die bijdragen aan onze gezondheid: een menging van functies, lage automobiliteit en lage criminaliteit (IPEN studie, 2015).

Sturen op nabijheid betekent dat we de ruimte moeten herinrichten. Samen en vanuit het perspectief van mensen. Want ruimte kan veel betekenen, als je het goed vormgeeft. Waar zijn mensen te vinden? Welke ruimtes gebruiken zij? Vaak komt dit neer op openbare plekken als de markt of het plein. Dat zijn de plekken waar de stad leeft en waar een gezonde leefomgeving het verschil kan maken.

Gezonde leefomgeving en zorgzame gemeenschappen

Lenneke Vaandrager, Wageningen University & Research, doet onderzoek naar groene wijkinitiatieven die meer voor elkaar krijgen dan andere beleidsinitiatieven. Hoe dat kan? “Iedereen voelt zich veilig en welkom, ze zijn geworteld en worden gedragen door inwoners zelf, bereiken bewoners die door andere organisaties niet bereikt worden en stimuleren talent, wederkerigheid en plezier”, aldus Vaandrager. “Met een goede voedingsbodem lukt het om echte impact te maken.”

Groene wijkinitiatieven

Het figuur hieronder laat in een model zien hoe de vormgeving van groene wijkinitiatieven eruitziet. Haar advies: ga gewoonweg doen! Ga op zoek naar een broedplaats, binding met de wijk, kansen, uitdagingen, een vuurtje en de kracht van samen. Daarvoor is een voedingsbodem belangrijk: een netwerk, gedeelde waarden, aandacht en de ruimte om te experimenteren. Door gewoon te doen ontstaat er vertrouwen, een beweging en een mooiere, fijnere leefomgeving.

 

Figuur bij kadertekst

Voorbeeld ‘De Broerderij’: regenton, kippen en de sleutel geven

De Broerderij is een groene plek die in functie meegroeit met de wijk en de ideeën die er zijn. Initiatiefnemer Jorine de Bruin vertelt dat er inmiddels 70 buurtbewoners zijn betrokken. De plek trekt ruim 350 bezoekers per week. Zij organiseren zich rondom het groen en tuinieren; een buurttuin, een pluktuin en een pleegtuin (onderhoud van de tuin van je buren). Het begint met ruimte, een fysieke plek in de wijk en zelf beginnen met een spade in de grond. De buren komen vanzelf helpen. Daar zijn geen ingewikkelde ‘waar vind ik de mensen theorieën’ voor nodig. Bewoners moeten een plek hebben waar ze zich eigenaar voelen, dit leidt tot betrokkenheid en vertrouwen. Luister naar wat zij nodig hebben. Wij hebben een aanpak die afwijkt van regulier beleid voor de wijk: wel een regenton, wel kippen laten rondlopen en de sleutel van de ontmoetingsplek beschikbaar stellen aan de wijkbewoners.

Zelf een succesvol groene wijkinitiatief?

Vaandrager en de Bruin geven vier tips:

  1. Buurtbewoners en hun kennis zijn een grote kracht. Gebruik ze!
  2. Praktijk en onderzoek versterken elkaar, maar houd rekening met een verschil in werkprocessen.
  3. Onderliggende waarden verbinden mensen. Een gezonde leefomgeving en een zorgzame gemeenschap gaan hand in hand.
  4. Ook verhalen zijn bewijs. Focus op kwalitatieve in plaats van kwantitatieve impact.

Een gezonde woning in een gezonde omgeving

“In het aanpakken van gezondheidsproblematiek en een gezonde leefomgeving focussen we te weinig op de woning zelf”, stelt Ad de Bont, stedenbouwkundige en partner van bureau Urhahn. Veel woningen voldoen nog steeds niet aan de gezondheidsrichtlijnen. Denk aan woningen naast de snelweg of woningen met slechte isolatie, waardoor geluidsoverlast, vochtoverlast en een hoge energierekening zorgen voor fysieke en mentale gezondheidsproblemen. Om dit soort risico-accumulaties tegen te gaan, moeten we meer kijken naar het soort woningen dat we bouwen, en de effecten van de woning op de gezondheid. “Dat is waar gezondheidsverschillen beginnen.” Licht, lucht en ruimte zijn hiervoor de leidende principes.

Werken aan de gezonde en beweegvriendelijke omgeving?

De Bont geeft zeven tips:

  1. Fysieke voorzieningen zijn geen garantie voor beweging, maar zijn wel voorwaardelijk. Denk na over programmering voordat je investeert in fysieke voorzieningen. En maak het samen met bewoners; zij moeten het gaan gebruiken, dus richt het ook samen met hen in.
  2. Het verankeren van beweegvriendelijkheid in beleidsvisies heeft weinig waarde. Wees in staat om het te vertalen in gebiedsgerichte plannen en uit te werken naar instrumentarium.
  3. Als we het willen, dan kunnen we een gezonde beweegvriendelijke omgeving maken. Maar we moeten het niet. Wat vinden we daarvan? Moet er een sportnorm komen?
  4. Ontwerp en ontwikkel de buitenruimte voor en samen met bewoners. Laat het hun plan en omgeving zijn.
  5. Onderzoek de mogelijkheden van efficiënt ruimtegebruik. Bijvoorbeeld met sportvelden op daken.
  6. Benut de kennis van de sport- en beweegprofessionals uit de buurt tijdens het ontwerpproces.
  7. Praat met gebiedsontwikkelaars, dat is waar de beslissingen worden gemaakt voor de grond.